Wilt u ons werk financieel ondersteunen? Word dan lid

De laatste updates in uw mail!

U hoeft niets te missen. leder weekend krijgt u de hoogtepunten van Maurice van afgelopen week in uw mail. Met opmerkelijke artikelen, meer achtergrond en toelichtingen.

3. Het vals opgemaakte PV over de ‘chain of custody’ van de blouse

Samenvatting van het artikel

3. Het vals opgemaakte PV over de ‘chain of custody’ van de blouse De zoekgeraakte blouse Ook ten aanzien van de blouse van de weduwe en de sporen die daarop gevonden zijn spelen deze twee rechercheurs een dubieuze rol. Bij het proces in 2003 in Den Bosch was de verdediging in het bezit gekomen van […]

Lees volledig artikel: 3. Het vals opgemaakte PV over de ‘chain of custody’ van de blouse

Leestijd: 4 minuten

3. Het vals opgemaakte PV over de ‘chain of custody’ van de blouse

De zoekgeraakte blouse

Ook ten aanzien van de blouse van de weduwe en de sporen die daarop gevonden zijn spelen deze twee rechercheurs een dubieuze rol.

Bij het proces in 2003 in Den Bosch was de verdediging in het bezit gekomen van een brief van de Officier van Justitie D., waaruit bleek dat de blouse van het slachtoffer zoek was. Die zou namelijk op dat moment naar het NFI moeten voor DNA onderzoek.

Begin november 2003 werd de blouse teruggevonden in een doos op de zolder van de garage van het politiebureau in Deventer. En die werd naar het NFI gestuurd voor nader onderzoek.

Toen bij de rechtszaak bij het hof Den Bosch in december de verdediging aan de orde stelde dat de blouse blijkbaar zoek was geweest en dus de “chain of custody” was verbroken vroeg het hof aan het OM een verklaring over wat er met de blouse gebeurd was. Het OM vroeg de Technische Recherche een Proces Verbaal op te maken over wat er met de blouse gebeurd was.

Proces Verbaal over de blouse

In 16 december 2003 maakten de twee rechercheurs R. en O. twee processen verbaal op over wat er in die 4 jaar met de blouse was gebeurd.

Dit staat er o.a. in:

Hierbij verklaren wij, R., brigadier van politie en O., inspecteur van politie, beiden bij de technische recherche van de politie IJsselland, het volgende.

Op 26 september 1999 hebben wij tijdens de sectie op het slachtoffer Willemen de blouse van het slachtoffer veiliggesteld en inbeslaggenomen en genummerd S12.[1]

De blouse hebben wij verpakt in een papieren zak die wij hebben dichtgeplakt en genummerd.

De blouse hebben wij op 14 oktober 1999 voor onderzoek aan het Nederlands Forensisch Instituut aangeboden

Bij navraag bij het Nederlands Forensisch Instituut bleek, dat zij de blouse in december 1999 retour hebben gezonden aan het bureau van de Technische recherche te Raalte.

De blouse hebben wij retour ontvangen. De blouse was verpakt in een kartonnen doosje. Dit doosje was dichtgeplakt. Wij hebben dit doosje niet meer geopend. Dit doosje met de blouse hebben wij met meerdere stukken van overtuiging, afkomstig van het onderzoek plaats delict aan de Zwolseweg 157 te Deventer verpakt in een grotere kartonnen doos. Wij hebben deze opgeslagen in het archief van de Technische Recherche te Raalte.

Waarvan door ons op ambtseed is opgemaakt, dit proces-verbaal, gesloten en ondertekend te Zwolle op 16 december 2003.

(het PV wordt vervolgens ondertekend door R., O. en gecontrasigneerd door de TR teamchef H.)

En

Op 26 september 1999 hebben wij tijdens sectie op het lichaam van slachtoffer Willemen, sectienummer 99-450, uitgevoerd door arts-patholoog R. Visser, de door de patholoog geknipte nagels van het slachtoffer veiliggesteld.[2]

De stukken van overtuiging zijn voor eventueel nader onderzoek opgeslagen en bewaard gebleven aan het bureau van de Technische Recherche te Raalte.

In het jaar 2000 zijn deze goederen, in verband met een op hande zijnde verhuizing van de Technische Recherche, verplaatst en opgeslagen aan het bureau van politie te Deventer

O. was al lang niet meer in het onderzoek

In 2007 werd O. ondervraagd door een lid van het team dat het Orienterend Vooronderzoek deed. Hij kreeg daarbij vragen over mogelijke vervalsingen van het Tactisch Journaal.

Dan antwoordt hij:

Ik denk de derde of vierde dag van het onderzoek  ben ik door mijn rug gegaan en vervolgens ben ik langdurig uit het proces geweest. (dit moet dus rond 1 oktober 1999 zijn geweest) De rest heb ik via de zijlijn en van horen zeggen meegekregen. Ik ben later niet meer teruggekomen in het onderzoek. Ik ben zeker een half jaar thuis geweest.

Dit rijmt dus niet met de Processen Verbaal waar O. in december 2003 ondertekent wat hij samen met zijn collega R, gedaan heeft met de blouse. Overal staat “wij”……

Maar in de verklaring van 2007 geeft hij dus aan dat hij al na een paar dagen na de moord in september 1999 niet meer bij het onderzoek betrokken was!

Op basis hiervan is door Mr. Knoops namens Louwes aangifte gedaan wegens een vals opmaken van een Proces Verbaal door O. In het kader van een artikel 12 – procedure in Leeuwarden werden R. en O. beiden in 2009 gehoord door de rechter.

Niet alleen O. verklaarde dat hij wat hij beschreven had niet zelf had gedaan, maar van collega’s had gehoord. Maar ook R. verklaarde hetzelfde.

Hoewel beiden dus in het Proces Verbaal hadden geschreven dat alle acties met de blouse vanaf de moord door hen waren uitgevoerd en zij altijd aangaven te weten waar de blouse was, verklaarden ze bij de rechter dat ze dat alleen maar wisten van horen zeggen van collega’s.

In het vonnis van de rechter n.a.v. deze procedure staat o.a. het volgende:

“ Het proces-verbaal is derhalve onjuist waar het betreft de daarin aan beklaagde O. toegeschreven andere wetenschap dan die inzake zijn aanwezigheid bij de sectie en het toen verpakken van de blouse en het gebruik van het woord “wij”. In zoverre dus is het proces-verbaal vals”.

“ De wijze waarop gerapporteerd werd in het proces-verbaal is… als evident niet professioneel aan te merken. Door dat niet-professionele handelen ontstond de aanmerkelijke kans dat het gevolg – een vals proces-verbaal- zou intreden aangezien de regels van professionaliteit er nu juist toe strekken te voorkomen dat processen-verbaal onjuist zijn”

Desondanks vond de rechter niet dat de twee rechercheurs vervolgd dienden te worden wegens het vals opmaken van een Proces Verbaal.

Patroon

Het patroon van R. en O. zowel met het mes uit 1999 als de blouse in 2003 is duidelijk. Men is  blijkbaar bereid al het nodige te doen om Ernest Louwes veroordeeld te krijgen, ook als dat gepaard gaat met handelingen die haaks staan op de ambtseed en waarbij rechters en verdediging, al dan niet met medeweten van het OM, worden misleid.  

Om over niet-professioneel handelen maar niet te spreken.

 [1] Uit het Tactisch Journaal is op te maken dat alleen O. bij de sectie was. Dus deze zin en de volgende zin kloppen evident niet.

[2] Dit is volgens een PV niet bij de sectie gedaan, maar de avond ervoor in het mortuarium.

U heeft zojuist gelezen: Het vals opgemaakte PV over de ‘chain of custody’ van de blouse.

Volg Maurice de Hond op Twitter | Facebook | LinkedIn | YouTube.

Blijf onze site steunen met af en toe een kleine donatie. Klik hier.

Deel dit artikel: Twitter Facebook Linkedin WhatsApp
REACTIES
Reageer hier, maar met respect.

We verwelkomen respectvolle en relevante opmerkingen. Off-topic commentaren worden verwijderd. Als je illegale dingen doet, zullen we het verbieden.