Na Algemene Beschouwingen daalt NSC verder en stijgt de PVV. De onderzoekresultaten benadrukken de patstelling over het onderwerp migratie, die ook onder het electoraat te zien is, hoewel de meerderheid vindt dat er sprake is van een asielcrisis.
Lees volledig artikel: Electorale patstelling na Algemene Beschouwingen
Na de Algemene Beschouwingen
De algemene beschouwingen hebben niet tot grote verschuivingen geleid bij onze peiling. In de afgelopen twee weken is NSC nog 2 zetels meer gedaald en staat nu op 5 zetels (-15). De PVV is weer naar de 40 zetels (+2). Het CDA is nu de vierde partij met 12 zetels (+1). De VVD staat nu op 19 zetels (-1) en de SP op 5 (-1). FVD stijgt naar 4 (+1).
De vier regeringspartijen samen staan nu op 71 zetels (-17).
Ongeveer 5 van de 15 zetels die NSC verliest zijn naar het CDA gegaan en nog eens 5 naar de PVV. De overige zijn verdeeld over andere partijen en gegaan naar het antwoord “ik weet niet op welke partij ik nu zou stemmen”.
De asielproblematiek
Zowel binnen de politiek (coalitie en Kamer) als bij de kiezers zien we grote verschillen in de beoordeling van de asiel- en migratieproblematiek. Bij de Algemene Beschouwingen ging het daarbij met name over de aanpak van het migratieprobleem met een Noodwet of niet. Via de volgende stellingen is een beeld te geven van wat de kiezers vinden. Daarbij zijn de antwoorden afgezet tegen de stemkeuze bij TK2023 (voor alle partijen met 5 zetels of meer).
Bij NSC zien we twee cijfers: Degenen die op 22 november 2023 NSC hebben gestemd (20 zetels) en de kiezers die nu NSC stemmen (5 zetels). Het is interessant om het verschil in antwoorden te bekijken.
Via de reacties op 5 stellingen, die gaan over het besluitvormingsproces dat zich nu in Den Haag afspeelt rondom de migratie, is een goed beeld te geven van wat de kiezers van de coalitiepartijen vinden en die van de andere partijen (met 5 zetels of meer in de Tweede Kamer).
Een duidelijke meerderheid van de kiezers vindt wel dat er sprake is van een asielcrisis. Behoudens de kiezers van D66 en GroenLinks vinden de kiezers van de andere grotere partijen wel in (grote) meerderheid dat er een asielcrisis is. Ook degenen die nu nog NSC stemmen.
Het patroon van beantwoording van de eerste stelling zien we ook terug bij deze tweede stelling, maar dan op een wat lager niveau. Kiezers van de coalitiepartijen bij de verkiezingen van november 2023 zien we in grote meerderheid achter de invoering van een noodwet staan. Bij NSC-kiezers zien we echter wel dat 48% van degenen die nu nog NSC stemmen dat vinden, en dat degenen die NSC nu niet meer stemmen dat voor meer dan 75% vinden
Het oordeel over Minister Faber laat een vergelijkbaar patroon zien, maar dan weer op een wat lager niveau. Bijna de helft van de kiezers vindt dat ze goed bezig is. Maar dat geldt dus vooral voor de kiezers van de coalitiepartijen.
Maar 30% van de Nederlanders vindt dat er geen nood- of spoedwet moet komen over migratie. Dat zijn vooral kiezers van PvdA-GroenLinks en D66.
Ten slotte de vraag of de kiezers vinden dat de PVV al dan niet moet vasthouden aan de noodwet en niet buigen voor de wens van de andere partijen om hier een spoedwet van te maken, ook als het leidt tot een kabinetscrisis. 75% van de kiezers van de PVV is het eens met deze stelling en 56% van de kiezers van de BBB. Bij de andere partijen zien we veel lagere percentages.
Eventuele nieuwe verkiezingen
28% van de Nederlanders denkt dat het kabinet nog dit jaar valt en 26% dat dit de eerste helft van 2025 zal gebeuren. Slechts 15% denkt dat het kabinet de rit zal uitzitten.
Mocht het kabinet vallen dan vindt 64% dat er dan nieuwe verkiezingen zouden moeten komen en 33% vindt dat er eerst geprobeerd moet worden een andere regeringscoalitie te vormen.
Het is vanzelfsprekend nu niet mogelijk om – mocht het kabinet vallen – een vorm van voorspelling te doen wat dan de uitslag van de volgende verkiezingen zal zijn. Er zal op basis van de wijze van de val van het kabinet en de campagne die daarna volgt nog veel kunnen verschuiven, zoals we bij de recente verkiezingen hebben kunnen zien, waar zelfs in de laatste week nog forse verschuivingen optraden.
Wel kunnen we een beeld geven van de kansen, die men op dit moment aan de verschillende partijen geeft op een stem. Men kon daarbij een partij van de eerste keuze, tweede keuze en derde keuze geven. (In het laatste geval zelfs meerdere partijen). Het overzicht dat we geven is uitgesplitst naar de stemkeuze bij TK2023. Gemiddeld worden er 2.3 partijen genoemd door de kiezers.
Het overzicht moet vooral gezien worden als een inzicht in de electorale concurrentie tussen de partijen. De cijfers in de kolom “Allen” kan gezien worden als theoretisch maximum. Bij de kleinere partijen is die waarde relatief gezien een stuk hoger dan bij de grotere partijen. Het wordt uitgebeeld via een zogenaamde “Heatmap”.
De kolommen betreffen het stemgedrag bij TK2023, de regels de keuze bij nieuwe verkiezingen. De waardes zijn percentages. Het eerste cijfer, 37%, geeft dus aan dat 37% van alle kiezers de PVV een kans geeft op een stem.
Nogmaals: de totaalkolom betreft de maximale waarde die behaald kan worden, maar dat is wel een theoretisch cijfer. Want voor een fors deel van de kiezers is de gemelde partij van de tweede of derde keus. Zeker bij de kleinere partijen zie je fors hogere percentages dan die van de huidige peiling. Maar dat komt dus omdat ze vooral als tweede of derde keus zijn genoemd.