Wilt u ons werk financieel ondersteunen? Word dan lid

De laatste updates in uw mail!

U hoeft niets te missen. leder weekend krijgt u de hoogtepunten van Maurice van afgelopen week in uw mail. Met opmerkelijke artikelen, meer achtergrond en toelichtingen.

De Tweede Kamerverkiezing van 2026 werpt zijn schaduw vooruit

De Tweede Kamerverkiezing van 2026 werpt zijn schaduw vooruit - 112889
Samenvatting van het artikel

Zelfs als deze formatie slaagt, is de kans groot dat er toch snel opnieuw verkiezingen komen. Pas wanneer we erkennen wat de kern van de instabiliteit in ons systeem is, kunnen we via een onconventionele aanpak een werkelijk stabiele regering vormen die breed gedragen wordt in de samenleving.

Lees volledig artikel: De Tweede Kamerverkiezing van 2026 werpt zijn schaduw vooruit

Leestijd: 7 minuten

De Tweede Kamerverkiezing van 2026 werpt zijn schaduw vooruit

Bron van instabiliteit

Bij de commentaren op de gang van zaken bij de formatie is het duidelijk, dat men niet inziet hoe problematisch ons politiek systeem geworden is en dat het onmogelijk is om überhaupt een stabiele regering te vormen (welke combinatie dat ook is).  De basisreden is namelijk:

“Ons politieke stelsel past niet meer bij de samenleving anno 2025”

Besef dat in het laatste kwart van de vorige eeuw de drie grootste partijen (CDA, PvdA en VVD) nog steeds vrijwel bij iedere Tweede Kamerverkiezing samen meer dan 75% van de stemmen kregen. En dat een groot deel van de kiezers bij de verkiezingen steeds op dezelfde partij stemden.

Maar dat is in deze eeuw, en met name in de laatste 15 jaar, ingrijpend veranderd. Besef dat het CDA inmiddels al een keer nog slechts 3% haalde (2023), PvdA nog slechts 6% (2017) en de VVD nog slechts 14% (2025). En het scheelde weinig of het was 8% of minder geworden.

Kiezers werden veel minder trouw aan hun partij en hadden veel meer alternatieven, waar ze op konden stemmen (en dat deden ze dan ook). In 2019 werd een partij die twee jaar ervoor met 1 zetel in de Kamer kwam, FVD, de grootste bij de Provinciale Statenverkiezingen. In 2023 gebeurde hetzelfde met de BBB. In 2023 werd de PVV, die in de 20e eeuw nog niet bestond, de grootste partij tijdens de Tweede Kamerverkiezingen. En in 2023 haalde de NSC uit het niets 20 zetels en 2 jaar later waren het er weer 0. En ook bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen haalden CDA+VVD+PvdA samen nog maar een derde van de stemmen (als we de PvdA ongeveer de helft van de stemmen van de combinatie toekennen).

In 1998 verschoven tussen twee verkiezingen in vier jaar 50 zetels van partij. In 2025 waren dat er 88 in twee jaar.

Plus dat in 2025 de grootste partij slechts 26 zetels haalde, de minste zetels die de grootste partij sinds 1918 haalde. (Zelfs niet toen de Tweede Kamer nog maar 100 zetels had, wat voor 1956 het geval was).

Nog steeds dezelfde aanpak

Ondanks deze grote instabiliteit onder het electoraat, plus een verdere versplintering binnen de Kamer, bleef men wel op steeds dezelfde manier een kabinet te vormen. Men probeerde 76 zetels in de Tweede Kamer bij elkaar te harken (sinds 2017 kon dat alleen met minimaal 4 partijen) en ging van start.

Vrijwel direct zag je dan dat de meeste deelnemende partijen uit de regering in de peilingen begonnen weg te zakken. Bij gemeentelijke en provinciale verkiezingen (Eerste Kamer!) verloren de meeste deelnemende regeringspartijen al weer fors.

Vier regerings partijen, die alle vier sterke concurrentie ondervonden van andere partijen (bestaande of relatief nieuwe) en die keer op keer bij belangrijke beslissingen met z’n vieren er moesten proberen uit te komen. Waardoor de kracht van de besluitvorming werd aangetast, en feitelijk de deelnemende partijen elkaar gevangen hielden.

Dat heeft o.a. geleid tot de situatie dat we sinds maart 2021 een langere periode een demissionair kabinet hadden dan een missionair kabinet. En dat bij veel problemen je het gevoel hebt dat bestuurlijk we in een soort drijfzand zijn terecht gekomen.

Maar voor geen enkele politieke partij was dat de reden om ingrijpende veranderingen van ons stelsel prominent in hun verkiezingsprogramma op te nemen. En zijn we bij de regeringsvorming weer in de -traditionele- moeizame fase beland.

Vele commentatoren doen alsof als de VVD maar met GroenLinks/PvdA bereid is om in een regering te stappen, dat er dan wel sprake zal zijn van een stabiele regering.

Het is al veelbetekenend dat men denkt dat dit dan een stabiele regering zou zijn, terwijl de VVD bij een dergelijke regering, zich niet houdt aan haar verkiezingsbelofte, hetgeen zeker direct tot forse electorale afstraffing zal leiden. Alleen dat al zal de stabiliteit van die regering sterk aantasten. En je hoeft weinig fantasie te hebben om te bedenken wat in maart 2026 en maart 2027 de verkiezingsuitslagen zullen zijn en hoezeer zij tot een verdere instabiliteit zal leiden in het landsbestuur.

Minderheidsregering

Onder de huidige gang van zaken bij de formatie lijkt een minderheidsregering D66, CDA en VVD, de enige mogelijke uitkomst. Maar besef dat zo een regering alleen kan blijven zitten als ze niet door een meerderheid van de Kamer wordt weggestuurd. En dat houdt dan in dat er naast deze 3 partijen er nog 9 zetels in de Kamer moeten gevonden worden, die vooraf uitspreken, dat ze een minderheidsregering vooralsnog zullen gedogen.

Welke partijen zouden dat dan kunnen zijn? Als ik de verschillende partijen langs loop dan vraag ik me af hoe men die 9 zetels nog vooraf kan verzamelen. JA21 zouadddddddd dan de enige kandidaat zijn die dat kan leveren, maar de vraag is wat die partij als tegenprestatie vraagt en in hoeverre D66 die kan en wil leveren.

Op zichzelf klinkt het goed dat een minderheidsregering met wisselende meerderheden zou gaan regeren, maar ieder van die partijen die dan moeten zorgen voor die meerderheid heeft electoraal grote concurrentie en zal keer op keer gaan afwegen welke risico’s men loopt (indachtig de twee verkiezingen, die er ook aan komen).

De verleiding zal groot zijn bij de andere partijen om bij een groot onderwerp het kabinet toch naar huis te sturen.

De volgende Tweede Kamerverkiezing

Net zoals het geval was bij het laatste kabinet zullen de deelnemende partijen ook opereren in de schaduw van een mogelijke val van het kabinet en nieuwe verkiezingen. 76 zetel zijn er nodig om het kabinet naar huis te sturen. Nog los van het feit dat de drie deelnemende partij aan het minderheidskabinet er ook bij belangrijke beslissingen er onderling moeten uitkomen.

Dat heeft het gevolg dat ook de regeringspartijen opereren met de wetenschap dat het niet uitgesloten is dat er weer snel Tweede Kamerverkiezingen zullen kunnen komen. Zo is het zeker niet uitgesloten dat in het najaar van 2026 weer Tweede Kamerverkiezingen nodig zijn.

Nogmaals: een nieuw systeem

Al meerdere keren heb ik aangegeven dat een ander systeem noodzakelijk is om wel regeringen te kunnen vormen die lange tijd kunnen zitten en breed binnen de samenleving worden gesteund. Zelfs zonder de grondwet te veranderen is dat mogelijk als men maar bereid is onconventioneel te denken.

Mijn voorstel is erop gericht dat men breed in de samenleving zich vertegenwoordigd voelt door de regering en de besluiten die genomen worden, zullen breed binnen de samenleving worden geaccepteerd. Juist omdat het een moderne vertaling is van de democratische principes.

Ik heb het al vaak beschreven. De laatste keer treft u hier aan. Juist omdat we nu we weer middenin het formatiegedoe zitten geef ik nog een korte samenvatting:

  • Elke partij met 6 of meer zetels krijgt 1 of meer ministeries onder zijn hoede. Per 7 zetels is dat 1 ministerie, waarvoor men de minister en staatssecretaris levert.
  • De partijen onderling maken vooral procedurele afspraken.
  • Voorstellen die er vanuit de ministeries komen worden aan de Kamer(s) voorgelegd. In eerste instantie kunnen alle partijen die in de regering zitten, in de kamer voor of tegen die voorstellen stemmen, zonder dat het kabinet valt.
  • Als het voorstel niet door de Kamer wordt aangenomen, kan de minister beslissen om het voor te leggen via een simpel stemsysteem aan de bevolking. Het is dan niet nodig om aan te geven dat je tegen bent. Maar er moet alleen vastgesteld worden hoeveel er voor zijn.  Er hebben ongeveer 10,5 miljoen mensen gestemd bij de Tweede Kamerverkiezingen. Als meer dan 5,25 miljoen voor het voorstel zijn, dan komt het voorstel nog een keer in stemming in de Tweede Kamer. En dan zullen alle kamerleden van de partijen die aan de regering deelnemen vóór stemmen, omdat er voldoende draagvlak is onder de kiezers. Dat is door de deelnemende partijen in het regeerakkoord toegezegd.
  • Zo komt er ook nog een correctief referendum waarbij een door de Kamer aangenomen voorstel bij een bepaalde uitslag wordt teruggedraaid. (Hierbij gaat het dan alleen of er meer dan 5,25 miljoen mensen zich tegen uit spreken).
  • Deze stemmingen onder de bevolking kunnen op een simpele manier digitaal worden georganiseerd met extra mogelijkheden om op bepaalde plekken fysiek een stem uit te brengen.

Bij de laatste verkiezingsuitslag zou dat dus betekenen dat

  • D66 4 ministeries zou mogen bemannen inclusief die van Algemene Zaken (Premier Jetten).
  • De PVV ook 4 ministeries
  • De VVD 3 ministeries
  • GroenLinks/PvdA en CDA ook.
  • Ja21 en FVD ieder 1 ministerie

Deze 7 partijen hebben samen 128 zetels in de Kamer

De keuze van de ministeries zou via een bepaalde verdeelsleutel gaan, waarbij ook nog partijen onderling vervolgens nog kunnen uitwisselen.

Deze aanpak houdt in dat de betrokken 7 partijen over een aantal hoofdzaken afspraken moeten hebben gemaakt en zich ook dienen te conformeren aan de procedurele afspraken (zoals het overnemen van uitspraken van de kiezers bij die twee soorten “referenda”).

De ministers komen met de voorstellen naar de Kamer.

Ieder van de 7 regeringspartijen kunnen dus in de Kamer zich verzetten tegen voorstellen van een minister (van een andere partij). Maar de kans is ook groot dat tussen de regeringspartijen wordt gedeald om elkaar te steunen bij bepaalde voorstellen. (Die dan als ze aangenomen zijn, nog alleen via een correctief referendum kan worden tegengehouden).

Niet alleen zorgt deze aanpak voor een snelle vorming van een kabinet. Er zal meer samenwerking zijn tussen de verschillende partijen er zal een grotere steun zijn onder de bevolking omdat ze geraadpleegd kunnen worden om de Kamer te overrulen, waarbij de partijen die in de regering zitten vooraf zich hebben verbonden om die uitslag dan te respecteren.

Grondwet

Deze aanpak is binnen de bestaande grondwet uitvoerbaar. De volksraadplegingen zijn niet formeel verplichtend voor de regeringspartijen, maar gezien het regeerakkoord zal het wel zeer zwaar meetellen.

Het zou wel verstandig zijn om de grondwet op een aantal punten aan te passen. Juist omdat in de regering zoveel kamerzetels vertegenwoordigd zijn met dit systeem zouden die veranderingen eenvoudiger tot stand moeten komen. (Er zijn namelijk twee stemmingen nodig. De tweede met twee derde meerderheid in beide kamers.)

Steeds als ik met dit voorstel kom (en dat doe ik nu meer dan 20 jaar) hoor ik waarom het niet zo goed idee is, of niet echt zou kunnen.

Ik zou zeggen: geef dan maar eens zelf aan, hoe we anders kunnen zorgen dat we, onder het zo ingrijpend veranderd electoraat, een stabielere regering kunnen krijgen dan in dit voorstel, met kiezers die zich niet in steeds grotere mate op hol slaan.

Ik zou zeggen: laten we niet wachten tot na de Tweede Kamerverkiezingen van 2026 om met die veranderende aanpak aan de slag te gaan. Het kan ook nu al.

(In 2003 en 2010 heb ik dit plan in een veel uitgebreider kader geplaatst. Dat valt hier terug te lezen).

U heeft zojuist gelezen: De Tweede Kamerverkiezing van 2026 werpt zijn schaduw vooruit

Volg Maurice de Hond op X | Facebook | LinkedIn | YouTube

Blijf onbeperkt toegang houden tot alles wat Maurice.nl te bieden heeft. Klik hier om lid, abonnee, vriend en bondgenoot te worden.

Deel dit artikel: Twitter Facebook Linkedin WhatsApp
REACTIES
Reageer hier, maar met respect.

We verwelkomen respectvolle en relevante opmerkingen. Off-topic commentaren worden verwijderd. Als je illegale dingen doet, zullen we het verbieden.

 
Stichting Komma, 5 jaar. - 112879
Oorzaak van oversterfte en wetenschappelijk struisvogelgedrag - 112821