De weer uitslaande veenbrand Als je goed had gekeken dan was al sinds de jaren negentig duidelijk welke ramp zich electoraal en partijpolitiek in Nederland aan het voltrekken was. De kloof tussen de kiezer en het politieke establishment was toen al duidelijk te zien, maar werd zowel in Den Haag als door de (parlementaire) pers […]
Lees volledig artikel: De weer uitslaande veenbrand
De weer uitslaande veenbrand
Als je goed had gekeken dan was al sinds de jaren negentig duidelijk welke ramp zich electoraal en partijpolitiek in Nederland aan het voltrekken was. De kloof tussen de kiezer en het politieke establishment was toen al duidelijk te zien, maar werd zowel in Den Haag als door de (parlementaire) pers niet opgemerkt, gebagatelliseerd of bewust genegeerd.
In 1994 verloren CDA en PvdA samen 32 zetels en verwisselden in totaal 66 zetels van partij (4 jaar ervoor, na de val van een kabinet, waren dat maar 16 geweest). En in 1998 werd een net opgerichte partij (Leefbaar Utrecht) bij de eerste verkiezingen waaraan men deelnam direct de grootste. Maar dat werd afgedaan met “ja, dat kan in een gemeente gebeuren, maar niet op landsniveau”.
Maar de tekenen aan de wand werden door weinigen opgemerkt. Dat Fortuyn direct in 2002 in Rotterdam 34% haalde en dat bij de verkiezingen van 2002 92(!) zetels van partij wisselden kon niet genegeerd worden. Maar de makkelijkste manier voor Den Haag en media zoals NRC Handelsblad, Trouw en De Volkskrant om ermee om te gaan was het alleen aan de persoon Fortuyn toe te schrijven en niet aan de steeds grotere kloof die er al een tijd aan het ontstaan was tussen kiezer en gekozene. Je kon de zucht van opluchting haast letterlijk horen toen bij de tussentijds verkiezingen in 2003 de LPF werd weggevaagd en CDA en PvdA ieder weer meer dan 40 zetels haalden.
De veenbrand die gewoon doorwoedde werd (wederom) genegeerd of gebagatelliseerd. Zowel door de politici als door de media werd er wel een vorm van lippendienst bewezen aan de onvrede van de kiezer, maar echt begrijpen wat er aan de hand was deed men niet, laat staan duidelijke maatregelen te nemen om het probleem bij de hoorns te vatten.
Diverse artikelen en commentaren in De Volkskrant van vanmorgen geven een goed beeld van de desastreuze situatie waarin we beland zijn en het gebrek aan besef waarom we in deze situatie beland zijn. Laat staan dat men een echte oplossing weet. De krant opent met de constatering dat uit onderzoek blijkt dat er in geen enkele politieke leider meer vertrouwen is. Op pagina 29 wordt verslag gedaan van dat onderzoek met de kop “Stuurloos dobberen we voort”.
Paul Depla schrijft een artikel op pagina 8 met de kop “Lokaal besturen is nu veel moeilijker”. Daarin staat o.a. “De politieke macht is versplinterd. De zelfbewuste buitenwereld eist meer en meer zijn plekken op.” Hij beschrijft hoe het steeds lastiger is coalities te vormen binnen het lokale krachtenveld. Zijn (voor een PvdA- bestuurder karakteristieke) oplossing is om het bestuur verder te professionaliseren en te investeren in de kwaliteit en geen tijd te verdoen met bestuurlijke vernieuwing.
Martin Sommer hijst in zijn sterke analyse op pagina 9 de stormbal en beschrijft de vorm van wanhoop die er is bij de “over ons gestelden” is dat de kiezers er andere denkbeelden op na houden dan zij. En dat dan de oplossing wordt gekozen (zie o.a. Maarten van Rossum) dat de oplossing is om je minder van die kiezers aan te trekken in de ijdele hoop dat dan de problemen wel weg zijn. Zonder dat het waarschijnlijk zo bedoeld is geeft het (hoofdredactionele?) commentaar prima weer hoe enerzijds de belangrijkste ontwikkelingen uit het verleden zijn genegeerd en anderzijds dat men geen clou heeft van een oplossingsrichting.
Onder de kop “Stilstand in Den Haag” wordt de impasse in Den Haag van dit moment beschreven en het risico dat na de verkiezingen het onduidelijk is welke regering dan moet komen. Natuurlijk wordt er weer gezet “Wat in 2002 begon”…. alsof het vooral aan Fortuyn lag. En men voegt er nog wel aan toe “lijkt nu zijn beslag te krijgen”. Het slotgedeelte van het commentaar is in feite zowel om te lachen als te huilen. “Het ventiel van ongenoegen moet ten minste eenmaal bij verkiezingen helemaal leeglopen, zonder dat een allesomvattende verklaring tot onbehagen voor handen is. Het zal leiden tot een verdere versplintering, maar daarna hopelijk ook tot een herbezinning bij kiezers en gekozenen.”
Deze twee zinnen geven in een notendop exact het probleem weer van Den Haag en onze zogenaamde kwaliteitsmedia. Als je na meer dan 10 jaar niet begrijpt of wilt begrijpen, en dat is in heel Den Haag het geval, waar het onbehagen op berust dan kan je ook niet komen met een oplossingsrichting. En dan ben je zo naïef om te verwachten of te hopen dat nadat het ventiel van ongenoegen helemaal is leeggelopen daarna wel een soort herbezinning bij de kiezers en gekozenen zal ontstaan.
Ik zeg het al zo lang. Als je de oorzaken niet wegneemt van de veenbrand dan zal die brand elke volgende keer nog sterker naar buiten slaan, totdat het op een bepaald moment niet meer te blussen is. Vijf jaar geleden schreef ik er nog dit artikel over, maar het werd zowel door de politiek als de media vrijwel geheel genegeerd.
Men gaat nog steeds op de oude voet verder. Het vierde kabinet op rij dat voortijdig gevallen is. Besef dat tussen april 2002 en september 2010 we in meer dan 20% van de tijd een demissionair kabinet hebben gehad. En de kabinetten die er wel waren moesten steeds met drie partijen tot concessies komen wat vaak heeft geleid tot inertie of suboptimale oplossingen. En wat doen onze (opnieuw) gevallen politieke leiders; die stellen zich onmiddellijk kandidaat voor een nieuwe ronde.
Er is compleet onbegrip waarom de kiezer bij lokale verkiezingen, die toch zo dicht zouden staan bij de kiezer zelf, maar iets meer dan voor de helft opkomt. Snapt men dan niet dat de relatie tussen je stem en wat er bij de samenstelling van het gemeentebestuur mee gebeurt voor die kiezer vooraf volledig onduidelijk is? En is het eigenlijk niet gênant dat politieke partijen het als een summum van democratie vinden dat ze vooraf niet aangeven met wie ze na de verkiezingen gaan regeren. Eerst moet de kiezer spreken en dan gaan wij pas aan de slag zeggen zij. Met als resultaat dat we de laatste twee keer een regering kregen die vooraf door minder dan 10% van de Nederlanders werd gewenst. Met o.a. als gevolg een regering die eigenlijk van niemand is, behalve van de volksvertegenwoordigers van de drie deelnemende partijen.
De aanhang van die partijen neemt gedurende de looptijd van het kabinet af, waardoor er nog meer spanning binnen de coalitie ontstaat en de slagkracht nog verder afneemt. En tegen de kiezers wordt gezegd; “U hebt ons toen een mandaat gegeven en bij de volgende verkiezingen kunt u weer zeggen wat u ervan vindt”. Volgens www.stemmentracker.nl heeft de Tweede Kamer in 2009 bij 27 belangrijke stemmingen in meer dan de helft van de gevallen een andere keuze in meerderheid gemaakt dan de meerderheid van de Nederlanders gedaan zouden hebben.
En heeft men er dan wat van geleerd? Nee hoor, bij de volgende verkiezingen speelt men exact hetzelfde spel. En als dan de uitslag, zoals nu te verwachten valt, het nog moeilijker maakt een nieuwe regering te vormen dan wordt er ongetwijfeld gezegd, zoals in het verleden al vaker is gebeurd “de kiezer zadelt ons wel met een fors probleem op”.
Welke politicus of partij springt over de eigen schaduw heen en erkent dat het probleem binnen de politiek zelf zit? En dat zowel onze politieke partijen als ons politiek stelsel niet meer aansluiten bij de samenleving van vandaag en morgen. Een samenleving die een slagvaardig en professioneel bestuur nodig heeft die breed gedragen wordt door de bevolking. En een bestuur dat niet vooral met elkaar bezig is en niet alleen zelf steeds verder in het moeras zakt, maar daarbij ook het land en de burgers meetrekt.
Wellicht zijn we nu al in de fase aanbeland dat de uitslaande veenbrand niet meer te blussen is. Maar het kan ook zijn dat men toch nog een surrogaatoplossing vindt, waardoor het lijkt alsof de veenbrand onder controle is. Maar als men die tijd niet gebruikt om fundamentele oplossingen te vinden voor de problematiek slaat die veenbrand wederom naar buiten en zal zeker niet meer te blussen zijn. En kan ergens in de nabije toekomst De Volkskrant, maar dan op Tabloid formaat, haar hele krant besteden om in feite de wanhoop van de politieke elite te etaleren.
U heeft zojuist gelezen: De weer uitslaande veenbrand.
Volg Maurice de Hond op Twitter | Facebook | LinkedIn | YouTube.