Bij het evalueren van maatregelen is het cruciaal met de juiste cijfers te werken van het mogelijk effect van de infectieziekte. Van Dissel presenteerde tot mei 2020 het cijfer dat 1 van de 20 geïnfecteerden aan Covid zou overlijden, terwijl in april 2020 het al duidelijk was dat dit cijfer zeker een factor 12 te hoog was. Het vervolg van onze serie over de evaluatie van de Corona maatregelen.
Lees volledig artikel: Evaluatie Coronamaatregelen – IFR, het cruciale cijfer
Evaluatie Coronamaatregelen – IFR, het cruciale cijfer
Evaluatie van de Coronamaatregelen, deel 2.
Het grote belang van de IFR-waarde
Cruciaal bij het bepalen of je maatregelen neemt en welke schade je op de koop toeneemt is hoe fataal de infectieziekte is. “Hoeveel van de mensen, die het krijgen gaan er dood aan?” en “Welke mensen zijn dat?”, deze vragen vormen een belangrijke maat om te bepalen of maatregelen nodig zijn en welke.
Ook aan griep overleden er ieder jaar mensen, maar dat heeft niet geleid tot ingrepen in het leven van de Nederlandse burger. Ook niet tijdens de meest heftige griepperiodes, zoals de herfst/winter 2017-2018. Dat leverde bijna 10.000 extra overlijdensgevallen op. Uitgaande van een schatting via het steekproefonderzoek van Peil.nl uit die tijd over het aantal mensen dat toen griep had gehad (2,5 miljoen) was er sprake van een IFR van 0,4%. Degenen die overleden waren vooral kwetsbare ouderen.
Internationaal onderzoek uit 2022, laat zien dat in het jaar 2020 de IFR van Covid-19 niet hoger was dan de IFR van het hevige griepseizoen van 2017-2018. Ioannidis e.a. komen in oktober 2022 tot een schatting van de IFR voor de groep onder de 60 jaar van rond de 0.04%. Voor de leeftijdsgroep tussen 60 en 69 jaar was de IFR ongeveer 0,1% volgens hun wereldwijde studie. Dus 1 op de 1000 van degenen die Covid kregen tussen 60 en 69 jaar zouden eraan of ermee overlijden. Boven de 70 neemt dat verhoudingscijfer sterk toe. In mei 2020 berekenden wij de Nederlandse IFR van die periode op circa 0,4%. Mede op basis van een Italiaanse studie, o.a. in Bergamo van april 2020.
Gevolgen
Kortom: cijfers die allemaal in de buurt lagen van die van een zware griepvariant. Met als enige – en zeker belangrijke – verschil, dat t.a.v. griep een fors deel van de bevolking een bescherming had door de ziekte eerder doorgemaakt te hebben en bij Covid-19 was dat niet het geval.
Er zijn een aantal belangrijke gevolgen als de IFR veel te hoog wordt geschat dan in werkelijkheid het geval is:
- Men zal eerder tot maatregelen over gaan uit angst voor wat er op ons afkomt.
- Bij de evaluatie achteraf van de echte cijfers, die dus veel lager zijn dan vooraf werd verwacht, wordt dan veel eerder geconcludeerd dat de maatregelen succes hadden!
Dat laatste is dus van belang te beseffen als we tot een goede evaluatie van de maatregelen willen overgaan. Er moet een reële schatting gemaakt worden van de IFR.
De IFR van 5% van Van Dissel
Begin maart 2020 meldde de WHO dat de IFR van Covid-19 ruim 3% zou zijn. Maar Prof. Van Dissel ging daar in zijn presentaties nog eens fors overheen. Hij presenteerde tot en met 7 mei 2020 dit plaatje aan politiek Den Haag. Er werd bij vermeld dat dit een Chinees onderzoek was uit februari 2020.
1 op de 20 ziektegevallen (5%) zou dus volgens deze grafiek van Van Dissel fataal aflopen.
Naar leeftijd zou dit de verdeling zijn van het sterfterisico volgens de presentatie van Van Dissel op 8 april 2020:
(Als je trouwens deze IFR per leeftijdsgroep doorberekent dan zou dat voor alle leeftijden samen een cijfer van 3% opleveren en niet de 5% uit dezelfde presentatie. Het was een vooraankondiging van hoe onzorgvuldig Van Dissel/RIVM met de cijfers omging. Zelfs intern niet consistent).
Besef dat dit plaatje voor de groep 60-69 jaar een IFR laat zien van 3,6%. Het onderzoek van Ioannidis laat echter zien dat dit een factor van meer dan 30 keer te hoog was!
De kennis van toen
Nu kan gezegd worden dat ik dit aangeef met de kennis van nu. Maar laten we kijken wat de kennis van toen was. Bedenk dat ook op 7 mei 2020 Van Dissel in zijn presentatie aan de Tweede Kamer nog steeds die IFR van 5% presenteerde (1 op 20 van degenen die het zouden krijgen, zou eraan overlijden).
Maar op basis van de beschikbare cijfers van het aantal overledenen op dat moment in Nederland (rond de 8.000) was al duidelijk dat de IFR fors lager moest zijn. Prof. Streeck die in Gangelt, vlak over de Nederlandse grens intensief onderzoek had gedaan in een plaats waar een grote uitbraak had plaatsgevonden, meldde al in april 2020 dat de IFR, die hij daar had vastgesteld 0,4% was. Ook uit andere plekken in de wereld kwamen dit soort meldingen. En het overgrote deel van degenen die overleden waren bevond zich in de hogere leeftijdsgroepen (in Nederland 58% boven de 80 jaar).
Om de IFR goed te kunnen bepalen is het niet alleen belangrijk om te weten hoeveel mensen er aan Covid-19 zijn overleden, maar ook hoeveel er besmet waren geraakt. Want dat is de noemer van de berekening (aantal overledenen gedeeld door het aantal besmetten). En dat aantal besmetten werd in het begin sterk onderschat. Een groot steekproefonderzoek in Californië onder de bevolking om te zien of men besmet was geraakt, liet zien dat er veel meer mensen besmet waren geraakt dan tot dat moment gedacht werd. De IFR was veel lager dan gedacht. In dit artikel in de Los Angeles Times van 20 april 2020 staat dat men had vastgesteld dat de IFR daar slechts tussen de 0.1% en 0.2% lag.
Leeftijdsgroep
Ook op deze site besteedde ik op 17 april 2020 aandacht aan dit onderzoek. En maakte ik op basis van de data die er toen beschikbaar was voor Nederland een schatting van de IFR per leeftijdsgroep. Voor de leeftijdsgroep tussen 60 en 69 jaar kwam ik toen op een IFR van 0,2%. Een factor van 15 keer zo klein als die Van Dissel op 7 mei 2020 nog presenteerde. En veel meer in de buurt van de cijfers van Ioannidis uit 2022.
Niet alleen blijkt Van Dissel en het RIVM in het voorjaar van 2020 met veel te hoge IFR’s gewerkt te hebben, ze hadden in ieder geval in april 2020 al kunnen weten dat dit het geval was. Hoewel Van Dissel die IFR van 5% (stilzwijgend) had laten vallen, bleef hij met een hoge IFR werken bij de modellen en presentaties. En zelfs nu nog presteert het RIVM om studies over die periodes te laten verschijnen met een IFR van 1,2% in 2020. Een veel te hoog cijfer, waardoor men claimt meer dan 100.000 sterftegevallen in 2020 voorkomen te hebben en ook kan berekenen dat de vaccinatie veel sterfte heeft voorkomen. Een berekening, die bij een IFR van 0,4% in 2020, heel anders zou uitvallen!
Conclusie
Bij de verdere evaluaties van de maatregelen is dus die IFR van groot belang. Het cijfer van het RIVM, 1,2% in 2020, is ook internationaal gezien buiten proporties en kan en mag niet als basis beschouwd worden voor de bepaling van het effect van de maatregelen. In het vervolg van deze serie zal uitgegaan worden van een IFR van maximaal 0.5%. Mede omdat dit cijfer al in april 2020 bekend had kunnen zijn, zoals uit artikelen van onze site toen al bleek.
Het volgende artikel zal gaan over de doelstelling van het beleid in Nederland. Ook dat is immers van belang als je maatregelen wilt evalueren.
U heeft zojuist gelezen: Evaluatie Coronamaatregelen – IFR, het cruciale cijfer.
Volg Maurice de Hond op Twitter | Facebook | LinkedIn | YouTube.
Op deze site willen we geen paywall introduceren. Iedereen die dit wil kan al onze artikelen lezen. Welk onderwerp het ook betreft. Maar wij draaien wel op de vrijwillige bijdragen van onze bezoekers. Daarvoor is deze link beschikbaar. Hartelijk dank alvast.